Inhoud
Complexe computerbesturingen zorgen ervoor dat moderne automotoren praktisch het gevoel hebben externe en interne stimuli te herkennen en aan te passen. De motoren zijn zijn ogen en oren; als een van hen zou uitvallen, zou de motor "blind moeten vliegen" en terugvallen op voorgeprogrammeerde parameters. Bovendien zorgt moderne engineering voor de beste prestaties voor alle omstandigheden.
Basics
Een motor heeft drie basisdingen nodig om te kunnen functioneren: een juiste verhouding tussen lucht en brandstof, een goed getimede vonk om hem te ontsteken, en zelfdiagnose om ervoor te zorgen dat olie stroomt en de temperatuur stabiel blijft. Elke afzonderlijke sensor op de motor kan informatie verstrekken over de luchtstroom, de lucht / brandstofverhouding en de krukas / nokkenaspositie, zodat deze de brandstofinspuiting en de vonkafstelling kan aanpassen.
MAF-systemen
Massa luchtstroom (MAF) is een methode om de luchtstroom in de lucht te bepalen. motor krijgt de juiste hoeveelheid brandstof voor de ingesloten lucht. Een krukas / nokkenaspositiesensor waar de zuigers in hun slag zijn, die de brandstofinspuiting en de vonkafmeting bepaalt.
MAP-systemen
Spruitstuk luchtdruk (MAP) MAP-systemen inclusief luchtstroom direct meten; ze gebruiken een inlaatspruitstuk en een druksensor. De computer gebruikt deze informatie om te extrapoleren naar de hoeveelheid lucht en brandstof die de motor moet toeren. MAP-systemen werken goed voor niet-gemodificeerde motoren, maar omdat ze zijn voorgeprogrammeerd met de motoren, zijn parameters vaak niet compatibel met aftermarket-aanpassingen zoals grotere nokkenassen, turbo's en superchargers.
Typen positiesensoren
Er zijn twee basistypen krukas / nokkenaspositiesensoren, magnetisch en Hall-effect. Magnetische sensoren werken op het gebied van magnetische velden. De motor gebruikt een tandwielachtig wiel voor de magneet om variaties in het veld te veroorzaken, die de motor vertellen hoe snel de motor draait. Hall-effect sensoren veroorzaakt door het passerende tandwiel.
Zuurstofsensoren
Zuurstofsensoren vertegenwoordigen op zichzelf een wetenschap en vertrouwen op een fascinerend elektrochemisch fenomeen waarbij bepaalde kristallen (zoals zirconia) eigenlijk een elektrische stroom produceren wanneer ze worden verwarmd. De uitlaatgastemperatuur stijgt lineair met de brandstof-luchtverhouding; Zo kunnen zuurstofsensoren worden bepaald door de lucht / brandstofverhouding door uitlaatwarmte te lezen. Hoge temperaturen betekenen te veel brandstof, lage temperaturen betekenen te weinig. Leuk weetje: zuurstofsensoren zijn de enige die hun eigen spanning produceren.